Maria Elisabeth Frerix
IDnr.427, ° 3 september 1753
Vader | Petrus Frerix1 ° 24 oktober 1715, + na 23 juni 1755 |
Moeder | Maria Catharina Schepers1 ° voor 1723, + na 26 juni 1770 |
Stamkaarten | afstammelingen van Matteeuwis Frerix [uitklapbaar formaat] afstammelingen van Matteeuwis Frerix [boxformaat] |
Doopsel | Maria Elisabeth Frerix werd gedoopt op 3 september 1753 te Kermt [België] met als peter Abraham Tweepenningh en als meter Barbara Mellen.1 |
bronvermelding(en)
- [S9] Parochieregisters Kermt, Rijksarchief Hasselt, 1753, doopsels, p.328v.
Mathewis Frerix1
IDnr.2618, ° voor 1525, + na 16 juli 1573
Doopsel | Mathewis Frerix werd gedoopt voor 1525.1 |
Huwelijk | Hij huwde met N. Leysens voor 25 juni 1556. De akte vermeldt: 'Ida Leysens weduwe Jan Reyners vermombert zich met haar zwager Matheus Ffrerix; haar broers Jan en Ffrans Leysens; Peeter Van Coersel en Wilboert Ruebens. Die 5 mombers zijn haar geleverd in naam van haar kinderen, te weten: Jan en Lynken Reyners, broer en zuster. En Jan Swysen is ook nog medemomber.1' |
Eigendom | De eigendomstransactie van Ida Leysens, geacteerd te Lummen [België] op 25 juni 1556, verwijst naar Mathewis Frerix als betrokken partij; Ida Leysens weduwe Jan Reyners vermombert zich met haar zwager Matheus Ffrerix; haar broers Jan en Ffrans Leysens; Peeter Van Coersel en Wilboert Ruebens. Die 5 mombers zijn haar geleverd in naam van haar kinderen, te weten: Jan en Lynken Reyners, broer en zuster. En Jan Swysen is ook nog medemomber.1 |
Aflossing | Mathewis Frerix ontving van Willebeordt Ruebens de terugbetaling van een lening van 13 Rijnsgulden aan ½ mud rogge intrest per jaar volgens een akte gemaakt te Lummen [België] op 19 juni 1561. De akte luidt als volgt: 'Gielis Bosmans draagt, via de Loonse meier, aan Jan Vaes van Huesden als man van Catherynen Ruebens zijn tocht en erfelijkheid op van goederen op de beek gelegen. Te weten, huis en hof, palende de Molenwech, Aerdt VandenBoegaert, Willem Roeselers en de steege naar het Middelste broeck. Tocht en erfdom vergaderd zijnde heeft Joannes Vaes met instemming zijner voornoemde vrouw dat huis en die hof, via de Loonse meier, verkocht aan Willeboerdt Ruebens voor 175 Rynsgulden, onder de volgende voorwaarden: 1. Ruebens zal, ter afkorting van de koopprijs, aan Jan Vaes een hypotheek overdragen staande aan panden van Oriaen Hillen, luidens het schepenregister van Beringen; 2. Nog 75 Rijnsgulden eens in 2 termijnen geven aan Gielis Bosmans voor zijn tocht, met consent van Jan Vaes; 3. De lasten, te weten: 1 capuin 'sheren grondcijns te betalen met St. Stephanus; 3 penninken cijns aan de heren van Lumpmen, op St. Remigius; aan Peeter Hinnisdael, 4 Rijnsgulden 'sjaars; aan Lambrecht Neeven erfgenamen, 30 stuivers 'sjaars; aan Marye Smeyers erfgenamen, 11 stuivers 'sjaars; aan O.L.Vr. altaar in de kerk van Lumpmen, 10 stuivers 'sjaars, waar aan Jan Spuencx ook 10 stuivers geeft (facit 20 stuivers); aan de H. Geest tot Herck, 16 stuivers 'sjaars; aan Matheewis Frericx, ½ mud koren 'sjaars, vallend in mei en af te leggen met 13 Rijnsgulden. Goedtspennink: 1 stuiver. P.S. Op 19 juni 1561 heeft Mathewis Ffrericx, Willeboerdt Ruebens en zijn panden het ½ mud rogge gekweten.2' |
Lening | Bastiaen Clercx leende, samen met Mathewis Frerix, aan Henrick Smeekens de som van 50 Rinsgulden aan 7% intrest per jaar volgens een akte gemaakt te Lummen [België] op 19 juni 1567. Deze verwijst ook naar Marie Planten als betrokken partij. De akte luidt als volgt: 'Terstond daarna leent Henrick Smeekens daar op, via de Loonse meier, 50 Rinsgulden à 7%. Van Mathewis Frerix en Jan Houweycken als mombers van Christiaen Baerten kinder [zo staat boven de akte. In de akte staat,] geleend van: Mathewis Frerix als momber Bastiaen Clercx. Goidtspennink: ½ stuiver. Daarna is Maria Planten met haar wettige momber wederom in haar tocht gesteld, met alle poenten van recht, om tselffve te vroemen ende ontfroemen als voer nae dees banckenrecht.3' |
Lening | De leningsovereenkomst van Joachim Lambrechts met Jan Moens, geacteerd te Lummen [België] op 16 juli 1573, verwijst naar Mathewis Frerix als betrokken partij.3 |
Overlijden | Hij overleed na 16 juli 1573.3 |
Matteeuwis Frerix
IDnr.1102, ° voor 1560
Vader | N3 Frerix1 ° voor 1540 |
Moeder | (vrouw van N3) N.1 |
Stamkaarten | afstammelingen van Matteeuwis Frerix [uitklapbaar formaat] afstammelingen van Matteeuwis Frerix [boxformaat] kwartierstaat samensteller |
Doopsel | Matteeuwis Frerix werd gedoopt voor 1560 te Lummen? [België].2 |
Huwelijk | Hij huwde met (vrouw van Matteeuwis Frerix) N. voor 1580. |
Relief | Na het overlijden van Goris Mommen en Elisabeth Frerix releveren Matteeuwis Frerix en Gielis Mommen op 27 april 1616 te Lummen [België] . De akte luidt als volgt: 'Scheiding en deling tussen Mathees Frerix en zijn metgeringen 1) en Gielis Mommen met zijn consorten 2) aangaande de samen verkregen goederen van Goris Mommen en Elisabeth Frerix. Gielis Mommen en consorten: 1) een stuk erf genaamd "den Berch"; 2) "het hueffken" bij Stijn Claes; 3) "het Silleken"; 4) "den Moffen Beempt" gelegen aan de noordzijde; 5) 6 rinsgulden jaarlijks op panden van Huijbrecht Maechs in Coorsel. Het deel voor Mathees Frerix cum suis: 1) "het Lanck Stuck"; 2) "den Moffen Beempt" bij het Lanck Stuck gelegen op de "noen sonne"(zuid). Deze beemd moeten beide partijen samen helpen schieten en elk moet zijn cijns daarop dragen. Nog niet verdeelde goederen: een halve bos onder Pael aan het Houteren Velt, een halve hof aan de Broecstraet in Genhout. Deze zullen ze samen verkopen. Ieder staat zijn rechten op het part van de andere partij af. Eventuele bijkomende lasten zullen ze samen dragen.1' |
Relief | Na het overlijden van Elisabeth Frerix releveren Matteeuwis Frerix, Peeter Frerix en Maria Frerix op 27 april 1616 te Lummen [België] . De akte vermeldt verder ook Aerdt Frerix. De akte luidt als volgt: 'Scheiding en deling tussen Mathees en Peeter Frerix, de kinderen van Aerdt en Maria Frerix, aangaande de goederen hen aangekomen na de dood van hun respectievelijke zuster en moeije (tante) Elisabeth Frerix. Het deel van de erfgenamen Aerdt Frerix: "het busken" achter Mathees Frerix Hof gelegen; "den Reijnders Hoff"; het vierde part in "den Daems Hoff" waar Mathees Frerix de drie delen in heeft. Elk met zijn uitgaande cijns. Deling voor Peeter Frerix: "het Vinnekens Bloeck"; "het Hoeff Bloeck" met "het Wijgaerts Bloeck" met het bosje; "den Moffen beempt" aan de noen sonne (zuid). Met de aanstaande cijns. Deling voor Mathees Frerix: huis met hof in Geneijcken, grenzend de straat aan twee zijden, Mees Mees 3); twee euselkens aan de schans gelegen, het ene heet "het Vorste" en het ander "het middelste eewit", wegende het middelste door het voorste. Met de uitgaande cijns. Deling voor de kinderen van Maria Frerix: "het Lanck Stuck" met "die Wouwen Donck". Met de aanstaande cijns. De partijen zullen samen de schaapstal verkopen en samen delen die in Geneijcken aan het huis staat, toegedeeld aan Mathees Frerix.3' |
Overlijden | Hij overleed na 27 april 1616 te Lummen? [België].4 |
Lening | De leningsovereenkomst van Arnoldus Fredrix met Guilielmus Bervoets, geacteerd te Beringen [België] op 24 september 1649, vermeldt eveneens Matteeuwis Frerix; 200 gulden.5 |
Familie | (vrouw van Matteeuwis Frerix) N. ° voor 1560, + na 1596 |
Kinderen |
|
bronvermelding(en)
- [S7] Schepenbank Lummen - Loons Recht buiten Vrijheid - Gichten, Rijksarchief Hasselt, boek 78, 1616, p.264v.
- [S7] Schepenbank Lummen - Loons Recht buiten Vrijheid - Gichten, Rijksarchief Hasselt, boek 84, p.227.
- [S7] Schepenbank Lummen - Loons Recht buiten Vrijheid - Gichten, Rijksarchief Hasselt, boek 78, 1616, p.265.
- [S7] Schepenbank Lummen - Loons Recht buiten Vrijheid - Gichten, Rijksarchief Hasselt, boek 78, 1616, p.246v.
- [S145] Schepenbank Beringen, Rijksarchief Hasselt, 1649, boek 40, p.231.
N. Frerix
IDnr.7672, ° voor 1670, + na 18 april 1694
Doopsel | N. Frerix werd gedoopt voor 1670 te Hasselt? [België].1 |
Huwelijk | Hij huwde met Gertrudis Durings op 18 april 1694 te Hasselt [België].1 |
Overlijden | Hij overleed na 18 april 1694 te Hasselt? [België].1 |
bronvermelding(en)
- [S21] Parochieregisters Hasselt, Rijksarchief Hasselt, boek 311, 1694, huwelijken.
N. Frerix
IDnr.8071, ° 21 december 1631
Vader | Guilielmus Frerix1 ° voor 1610, + na 21 december 1631 |
Moeder | Elisabeth Thijs1 ° voor 1610, + na 21 december 1631 |
Doopsel | N. Frerix werd gedoopt op 21 december 1631 te Hasselt [België] met als peter Gisbertus Hauben en als meter Catharina Frerix.1 |
bronvermelding(en)
- [S21] Parochieregisters Hasselt, Rijksarchief Hasselt, boek 287, 1631, doopsels, p.29.
N3 Frerix
IDnr.14391, ° voor 1540
Stamkaarten | kwartierstaat samensteller |
Doopsel | N3 Frerix werd gedoopt voor 1540 te Lummen? [België]. |
Huwelijk | Hij huwde met (vrouw van N3) N. voor 1560 te Lummen? [België].1 |
Familie | (vrouw van N3) N. |
Kinderen |
|
bronvermelding(en)
- [S7] Schepenbank Lummen - Loons Recht buiten Vrijheid - Gichten, Rijksarchief Hasselt, boek 78, 1616, p.264v.
Nicolaus Frerix
IDnr.13558, ° voor 1625, + na 8 augustus 1646
Vader | Joannes Frerix1 ° voor 1600, + na 27 januari 1642 |
Moeder | Francisca Vandenroije1 ° voor 1600, + na 8 augustus 1646 |
Doopsel | Nicolaus Frerix werd gedoopt voor 1625 in Eik? Te Bilzen [België].1 |
Huwelijk | Hij huwde met Helena Reners voor 8 augustus 1646 in Schoonbeek te Bilzen [België].2 |
Overlijden | Hij overleed na 8 augustus 1646 in Schoonbeek te Bilzen [België].1 |
Familie | Helena Reners ° voor 1625, + na 8 aug 1646 |
Kinderen |
|